Vandaag fietsen de renners in de Vuelta de Angliru op. Vaak aangeduid als de zwaarste beklimming in Spanje. Maar de Angliru is uiteraard niet de enige klim van dat kaliber. Hier zijn er zeven waar je maar beter goed voorbereid aan begint. Met een heel licht verzetje…
Angliru
De Alto del Angliru behoort zonder twijfel tot de zwaarste beklimmingen in het profwielrennen. Niet vanwege zijn lengte, maar wel door de bizarre stijgingspercentages die je moet overwinnen op sommige stukken.
Gelukkig waren de renners in 1999 goed geïnformeerd, toen ze voor het eerst in de geschiedenis van de Vuelta dit monster bedwongen. Velen – waaronder Jan Ullrich – hadden speciaal voor de gelegenheid zelfs een triple gemonteerd.
Afzien doe je vooral in het tweede deel van de klim. Daar wordt je namelijk getrakteerd op stukken van 15 en 17 procent. Gelukkig kun je voor die tijd kilometerslang opwarmen, voor je zigzaggend verder omhoog gaat.
- Lengte: 12,3 kilometer
- Gemiddeld stijgingspercentage: 10,3%
- Maximaal: 26%
Mortirolo
De Passo del Mortirolo dankt zijn bekendheid vooral aan de Giro. Toch werd deze vreselijke reus pas in 1990 voor het eerst opgenomen in de ronde. Het meest pittige deel van de Mortirolo volgt al na drie kilometer, en vervolgens is het vijf kilometer pijn lijden.
Lance Armstrong kon er maar weinig van genieten in 2004, en noemde het de zwaarste klim die hij ooit gereden had.
Of Marco Pantani er ook zo over dacht? Geen idee, maar rap was Il Elefantino wel op deze berg. Na zo’n acht kilometer klimmen tref je een bronzen beeld van hem aan als eerbetoon. Maar de vraag is of je daar nog oog voor hebt wanneer je met holle ogen voorbij fietst…
- Lengte: 12,4 kilometer
- Gemiddeld stijgingspercentage: 10,8%
- Maximaal: 17,7%
Muro di Guardiagrele
Kan het nog gekker qua stijgingspercentage? Jazeker, want op de Muro di Guardiagrele zul je zonder twijfel harkend en zigzaggend omhoog gaan. Of lopend, met de fiets in je hand… Stukken van twintig procent met uitschieters richting de dertig procent liggen namelijk op je te wachten.
Dat levert uiteraard spektakel op in een koers. Vandaar dat deze muur al meerdere malen werd opgenomen in de Tirreno Adriatico.
Het lijden duurt gelukkig ‘maar’ 600 meter. Waarna je gevoelsmatig waarschijnlijk aan het zuurstof wilt. Je hebt dan een weg bedwongen met een gemiddeld stijgingspercentage van 22,9 procent…
- Lengte: 0,6 kilometer
- Gemiddeld stijgingspercentage: 22,9%
- Maximaal: 27,5%
Muro di Sormano
Nog een muur in dit lijstje waarvoor je maar beter je beste benen meeneemt. Slechts twee kilometer lang is deze beruchte helling in Sormano, maar wel met een gemiddeld stijgingspercentage van 17 procent.
In de jaren zestig maakte de Muro di Sormano al deel uit van de Ronde van Lombardije. Maar de renners klaagden daar zo hard over, dat de organisatie deze helling voortaan links liet liggen. Na een restauratie van het wegdek in 2006 werd de klim echter weer opgenomen in zowel Il Lombardia als de Giro.
De afdaling naar het Comomeer is al net zo berucht als de klim zelf, vanwege meerdere zware valpartijen. Remco Evenepoel viel er onder meer in een ravijn. Een val die iedere wielerliefhebber nog op zijn netvlies heeft.
Fiets je deze muur op, dan moet je constant vol aan de bak. Op de laatste 400 meter volgt er pas wat verlichting. Heel iets, want ook hier loopt de weg nog steeds met zo’n negen procent omhoog…
- Lengte: 2 kilometer
- Gemiddeld stijgingspercentage: 14,1%
- Maximaal: 23%
Hardknott Pass
Wie liever wat noordelijker de ultieme test aangaat, kan dat doen in Noordwest-Engeland. Daar vind je namelijk de heftigste beklimming van Groot-Britannië, de Hardknott Pass.
Ook in dit geval is het niet de lengte, maar zijn het de bizarre percentages (tot 33 procent!) die je doen twijfelen waarom je voor deze hobby gekozen hebt.
Pas na twee kilometer komt aan deze marteling een einde. En met een beetje geluk heb je dan nog geen voet aan de grond hoeven zetten. Heel wat wielrenners gaan hier lopend omhoog namelijk. Net zoals de Romeinen dat deden, want zo oud is deze bergpas al.
Heb je het ‘Beest van Lake District’ met zijn slechte asfalt eenmaal bedwongen, dan wacht je wel een grandioos uitzicht op de top.
- Lengte: 2,6 kilometer
- Gemiddeld stijgingspercentage: 11,5%
- Maximaal: 24,8%
Mauna Kea
Wanneer je Mauna Kea in Hawaï hebt getrotseerd, dan wil je waarschijnlijk alleen nog maar op een strandbedje liggen, de rest van je vakantie. De zwaarste beklimming ter wereld is het volgens velen, en de cijfers onderstrepen dat.
De top ligt op 4192 meter hoogte, terwijl de klim op zeeniveau begint. Het gemiddelde stijgingspercentage van 6,1 procent lijkt ontzettend mee te vallen, maar daar denk je aan het eind van de klim heel anders over. In een maanlandschap en in een extreem ijle lucht fiets je daar over gravel, met stukken tot wel 20 procent. Van renners die de top haalden is bekend dat ze vaak uren deden over het laatste stukje.
Een volgwagen is serieus aanbevolen, mocht je ooit de moed hebben deze klim te gaan doen.
- Lengte: 68,3 kilometer
- Gemiddeld stijgingspercentage: 6,1%
- Maximaal: 23,3%
Monte Zoncolan
Als laatste nog een klim in Europa, die je niet voor je plezier oprijdt, maar voor je bucketlist. Of gewoon omdat je een beetje gek bent. Monte Zoncolan is volgens velen de zwaarste beklimming in Europa, en dat wil je graag geloven als je er fietst.
Dit beest in de Karnische Alpen werd pas laat ontdekt, en voor het eerst in 2003 opgenomen in de Giro d’Italia. Wielrenners die de berg ooit opreden omschrijven de berg als monster, of de hel. Of nog erger dan dat.
Na een korte opwarming aan het begin van de klim, is er na zo’n twee kilometer geen genade meer. Vijf kilometer lang krijg je vervolgens een stijgingspercentage van ruim 15 procent voor je kiezen.
Heel iets vlakt het daarna af, maar niet voor lang. Wanneer je de karakteristieke smalle tunnels eenmaal gepasseerd bent, dan krijg je nog een misselijkmakend slotstuk naar de top.
- Lengte: 9,8 kilometer
- Gemiddeld stijgingspercentage: 12,3%
- Maximaal: 23,3%
Foto Hardknott Pass bij intro: Unsplash