Het goede nieuws? Vanuit medisch perspectief ben je nooit te oud om aan duursport te doen. Sterker nog, hoe ouder je wordt des te groter is het positieve effect op je gezondheid wanneer je regelmatig traint.
Als dokters dat konden, dan zouden ze waarschijnlijk heel vaak een fiets voorschrijven aan hun patiënten. Want het risico op heel wat welvaartszieken neemt aanzienlijk af wanneer je regelmatig sport.
Bovendien neemt de levenskwaliteit toe wanneer je blijft sporten als je ouder bent. Niet alleen qua fitheid, maar ook op het sociale vlak, wanneer je sport in groepsverband.
Rode zones en herstel
Heb je geen last van een specifieke aandoening, dan kun je ook als zestigplusser op een hoog niveau blijven presteren. Wel adviseren de meeste artsen om wat minder vaak in de rode zones te trainen. Dat is de intensiteit waarmee je bijvoorbeeld in een korte tijd maximaal een heuvel oprijdt.
Het zal je niet verrassen dat ook het herstel van dit soort inspanningen langer duurt voor een oudere sporter.
Aan de andere kant is gebleken dan oudere sporters heel goed hun lichaam kennen, en daarmee ook hun limiet weten. Een ervaren oudere wielrenner kan daarmee beter zijn krachten verdelen en weet meestal precies tot hoever hij kan gaan.
Sportmedisch onderzoek
Sport je op oudere leeftijd nog op een hoog niveau, dan is het verstandig om jaarlijks een sportmedisch onderzoek te laten doen, waarbij men onder andere een hartfilmpje maakt en je boekdruk opmeet. Op die manier kun je de nodige risico’s uitsluiten.
Train je volgens een specifiek trainingsschema, dan is het heel goed om dat op basis van een fitheidstest te doen, waarbij je in het schema rekening houdt met een langere hersteltijd tussen trainingen. Ook je trainingsverleden bepaalt hoeveel trainingsarbeid raadzaam is.
Wanneer je vooral aan wielrennen doet vanwege je gezondheid, dan kun je die rode zones waarin je maximaal gaat, natuurlijk prima vermijden. Wel is het bewezen dat de positieve effecten op je gezondheid het grootst zijn, wanneer je sport met de nodige intensiteit. Gelukkig betekent dat niet dat je ieder trainingsrondje voluit moet gaan.
Beginnen op oudere leeftijd
Je bent nooit te oud om te beginnen met wielrennen. Ook op oudere leeftijd kun je nog flink werken aan je fitheid, en behoorlijk wat vooruitgang boeken met duurtraining. Wel zul je de achterstand op mensen die hun hele leven hebben gesport, niet zomaar inlopen. Maar dat is eigenlijk een onbelangrijke zaak, wanneer je focust op je eigen gezondheid.
Begin je op latere leeftijd met wielrennen, dan kun je in eerste instantie het beste met leeftijdgenoten trainen. Op die manier ervaar je wat een goed tempo is. Maar ook vermijd je het risico dat je constant over je limiet moet rijden om jongere wielrenners bij te houden. Als 65-jarige ga je het nu eenmaal niet winnen van een zeer goed getrainde 20-jarige.
Trainen op en naast de fiets
Dat neemt niet weg dat je zeer goed doelen kunt stellen voor jezelf, en grote stappen kunt zetten in je algehele gezondheid. Aangezien wielrennen een behoorlijk eenzijdige sport is, is het raadzaam om naast het fietsen ook andere oefeningen te doen. Werken aan je core-stability is bijvoorbeeld een goed idee.
De klok terugdraaien als oudere duursporter zal je niet lukken. Wel kun je uitermate fit blijven tot in lengte van jaren, wanneer je met toewijding blijft sporten. Met als voordeel een verbeterde levenskwaliteit op oudere leeftijd. Reden genoeg dus om zo lang mogelijk te blijven wielrennen.
Bron voor dit artikel: 2Peak
