Stoempen en glijden: verslag van mijn eerste veldrit

Stoempen en glijden: verslag van mijn eerste veldrit

Castle Cross Amerongen

Al jaren geniet ik van het veldrijden, en al jaren fiets ik rond op een crosser. Maar een veldrit? Die had ik nog nooit gereden. Met een reden natuurlijk…

‘Veldrijden is de leukste sport die je zelf niet wilt doen’. Ik hoorde het laatst iemand zeggen, en ik begreep het volledig. De cross is een prachtig schouwspel namelijk. Maar als technisch beperkte renner zag ik mijzelf nog geen schuine kanten bedwingen, stroken zand doorklieven en trappen bestormen. 

Gek dus dat ik onlangs toch het idee kreeg om het zelf eens te proberen. Maar eindelijk wilde ik wel eens proeven van wat het echt inhoud om een veldrit te fietsen. Al was het maar eenmalig.

Bovendien had ik al jaren een crosser. Mocht die fiets eindelijk eens doen waarvoor hij gemaakt is.

Wel was het nog wachten op een goed moment. Veel zin om vijf keer gedubbeld te worden door een klein peloton doorgewinterde veldrijders had ik namelijk niet.

Gelukkig was daar ineens de Castle Cross van Il Magistrale en fietscafé De Proloog. Een fun race naast Kasteel Amerongen. In een weiland bovendien, dus afdalingen zoals in Namur of een zandkuil zoals in Zonhoven hoefde ik niet te vrezen. Hoopte ik.

Castle Cross Amerongen

Misvatting

Een echte veldrit fiets je uiteraard in winterweer, en wat dat betreft waren de omstandigheden perfect. Het miezerde en er stond een gure wind voorafgaand aan de race. Omstandigheden waarin ik normaal gesproken mijn fietsplannen nog drie keer zou overwegen, maar er was geen weg terug.

De buitjes hadden het parcours al lekker vettig gemaakt, zag ik bij aankomt. De deelnemers aan de koppelkoers waren zojuist vertrokken, terwijl ik goedkeurend nipte van mijn koffie. Dit rondje was goed te doen, dacht ik. Wat uiteraard een misvatting was.

Stoempen in slow motion

Dat besef kwam een kwartiertje later, tijdens het inrijden. Het weiland bolde voor geen meter en de vette modder verzamelde zich in rap tempo rond mijn wielen. Waardoor ik in slow motion rondfietste, zoekend naar het juiste spoor.

Op de enige heuvel waren bovendien enkele haarspeldbochten bedacht, waar ik met mijn gebrekkige bochtentechniek iedere keer een soort surplace deed. 

Na twee rondjes ‘inrijden’ vond ik het wel welletjes. Meevaller van de dag: de race was ingekort tot een half uur en drie ronden. Tegenvaller: dit was vanwege de zwaarte. Het moest wel fun blijven vond de organisatie, en daar was ik het volledig mee eens.

Castle Cross Amerongen

Gedubbeld!

Na nog wat aanmoedigingen van de kant stoof een klein maar fanatiek groepje dapper het veld in. Waaronder ikzelf. Niet zo woest als op tv, maar heel gedegen in dit geval. Zelf nam ik direct stevig positie in in de achterhoede, vanwaar ik het veld goed kon overzien. 

Dat klinkt misschien als een tactiek, maar het was puur overleven. De kop van de wedstrijd had er namelijk wel lekker de gang in, waardoor ik onvermijdelijk na enige tijd op een ronde werd gezet. 

Afstappen was op dit rondje gelukkig niet nodig, en van fiets wisselen ook niet. Maar man, wat was het zwaar… zoveel zwaarder dan het aan de kant had geleken. 

Mijn ontzag voor veldrijders was al groot, maar stoempend en glibberend in dit veld steeg dat naar nog grotere hoogten.

Gelukkig had ik het ook nog naar mijn zin, ondanks dat ik vierkant rondreed. Mede dankzij een klein groepje toeschouwers op de heuvel, die het niet naliet om ons aan te blijven moedigen. Misschien was het wel omdat ze alle tijd hadden om ons langs te zien komen?

Een paar rondjes later zat mijn crossdebuut erop. Moe maar voldaan drukte ik na zo’n zeven kilometer mijn Garmin weer in. Het was een pittige eerste kennismaking met het veldrijden, maar ook behoorlijk zoals ik mij had voorgesteld. Missie geslaagd dus, en tijd om de modder weg te spoelen. 

Castle Cross Amerongen

Slijtage

Dat het ook voor mijn fiets zwaar was geweest, bleek trouwens op de weg terug. Onderweg naar Amersfoort brak bij Woudenberg plots mijn crankarm af. Waardoor ik nog wel een trapper aan mijn voet had, maar niet meer aan mijn fiets. 

Dat fietst uitermate lastig kan ik je zeggen. En dus zat er niks anders op dan te voet een fietsenmaker te zoeken. 

Wat een hele vervelende middag leek te worden, werd dankzij Meesterknecht Fietsen in Woudenberg echter een meevaller van jewelste. Onmiddellijk kreeg mijn fiets een reparatie namelijk, en al na een kwartiertje was ik klaar voor het laatste stuk naar huis. Niet één, maar twee positieve ervaringen rijker.

Foto’s: In de Kopgroep