In de lente is het weer volop genieten op de fiets. De dagen lengen, en langzaam aan wordt het steeds wat warmer. Het enige nadeel is dat de ochtenden soms nog erg fris kunnen zijn. Verstandig om daar rekening mee te houden natuurlijk, als je al vroeg op de fiets zit.
Grote temperatuurverschillen op één dag zijn we in Nederland wel gewend. En de lente staat er sowieso om bekend. Zelfs als het een mooie, zonnige dag belooft te worden, dan kan het ’s ochtends nog echt koud zijn.
Hoe ga je daar als wielrenner het beste mee om? Als je niet onnodig kou wilt lijden, en ook niet met veel te veel kleren rond wilt fietsen, dan kan dat nog best een aardige uitdaging zijn.
Wat extra voorbereiding en aandacht voor wat je aantrekt kan dat probleem gelukkig grotendeels oplossen.
Laat je niet gek maken
Het grootste gevaar op frisse lentedagen is dat je alleen maar denkt aan hoe mooi het (ergens later op de dag) gaat worden. Het is je niet kwalijk te nemen natuurlijk, want de lente maakt je nou eenmaal wat enthousiast soms. Maar meteen de kleding aantrekken alsof het al warm is, zal je wel onmiddellijk opbreken zodra je op de fiets zit.
Geen idee wat je moet aantrekken? Check dan ’s ochtends eerst de temperatuur van dat moment. Maar hou ook in de gaten hoeveel de temperatuur vermoedelijk nog stijgt onderweg. Kies op basis daarvan strategisch je kleding.
Kleed je niet voor de eerste tien minuten
Het tegenovergestelde kan je ook overkomen. Je trekt nét wat te veel kleren aan omdat je geen zin hebt in koukleumen… Het tegenovergestelde gebeurt natuurlijk: na tien minuten op de fiets breekt het zweet je al uit.
Kleed je dus wel voldoende warm, maar overdrijf het niet. Voelt het meteen comfortabel zodra je buiten bent? Dan heb je waarschijnlijk teveel kleren aan. Zodra je in beweging komt dan krijg je het al snel wat warmer namelijk.
Denk in laagjes
Jezelf kleden voor koude ochtenden, terwijl de temperatuur nog behoorlijk gaat stijgen vraagt erom dat je flexibel bent. En dat ben je niet echt met alleen een dik winterjack aan. Trek in plaats daarvan bij voorkeur meerdere (dunne) lagen aan, zodat je op ieder moment wat uit kunt trekken.
Hou rekening met de mist
Mist is ook een veelvoorkomend verschijnsel in de lente. Dat ziet er soms prachtig uit, maar het kan je ook stevig laten afkoelen. Niet alleen omdat de zon langer wegblijft, maar ook omdat de mist uit hele kleine druppeltjes water bestaat.
Een dun, waterafstotend jasje kan op die momenten daarom fijn zijn. Bij voorkeur eentje natuurlijk die je na verloop van tijd weer uit kunt trekken, en die in je achterzakken past.
Zorg dat je zichtbaar bent
Geen kledingtip, maar wel een belangrijk punt om bij stil te staan. Een koude ochtend in de lente is zoals al gezegd regelmatig een garantie voor mist. Met als gevolg dat het zicht vaak ernstig belemmerd word.
Ook om die reden is het belangrijk dus om even het weerbericht te checken. Is het mistig, of is er kans op mistbanken? Neem dan je fietsverlichting mee, zodat je onderweg goed zichtbaar bent.
Hekel aan de kou? Overweeg later te vertrekken
Ben je flexibel en heb je geen afspraak gemaakt om vroeg te gaan fietsen? Dan kun je er natuurlijk ook voor kiezen om gewoon wat later te vertrekken. Daarmee ontloop je de ergste kou, en ook hoef je onderweg niet af te stappen om iets uit te trekken. En zeg nou zelf, van een graad of vijftien geniet je net wat meer dan een graad of twee.
Foto: David Dvoracek