Laagje extra of juist niet? 5 tips voor twijfelaars

Laagje extra of juist niet? 5 tips voor twijfelaars

De tijd van ‘kort kort’ is zo onderhand wel weer voorbij. En dus sta je waarschijnlijk weer wat langer te dubben voor je kledingkast, voordat je op de fiets springt. Helemaal als je flink wat kledingopties hebt. Want wat kun je nu het beste aantrekken, zonder het te warm of te koud te hebben?

‘Niks is zo veranderlijk als het weer’ is het gezegde, en in de herfst gaat dat zeker op. Als wielrenner zul je dat maar al te vaak ervaren. Geniet je op het ene moment nog van een nazomerzonnetje, vijf minuten later incasseer je misschien wel een winterse hagelbui.

Jezelf kleden op alle weersomstandigheden is lastig, en dus komt het aan op een goede voorbereiding. Die begint natuurlijk bij het checken van de temperatuur, voordat je vertrekt. Maar dan ben je er nog niet.

Wat je het beste aantrekt op de fiets hangt af van heel veel factoren. Of het het nat of droog is bijvoorbeeld, maar ook wat voor type training je gaat doen, en of je lang onderweg zult zijn.

Twijfel jij vaak welke fietskleding je aan moet trekken, dan zijn er gelukkig een aantal tips die je keuze een stuk gemakkelijker maken. En waarmee je ook een stuk flexibeler bent, mocht het weer snel veranderen.  

Neem een extra jasje of bodywarmer mee

Wat voor type weer het ook is in het najaar, het is een gouden tip om altijd een extra laagje mee te nemen tijdens je fietsrit. Zelfs als er geen regen is voorspelt. 

Of het nu een koude wind is die opsteekt, of de zon die achter de wolken verdwijnt, de herfst staat er bekend om dat de temperatuur flink kan schommelen op een dag. Hoe fijn is het dan als je nog een bodywarmer of windstopper kunt aantrekken.

Je bent daarmee ook nog eens voorbereid op pech onderweg. Langs de kant van de weg kun je namelijk behoorlijk snel afkoelen.

Een extra jasje in je achterzak geeft je opties onderweg, en zorgt dat je minder lang hoeft te dubben voor vertrek.

Kies een outfit waarbij je flexibel bent

Niet alleen de weersomstandigheden kunnen snel veranderen op de fiets. Ook als je zelf vaak van tempo wisselt dan kun je op verschillende momenten te koud of te warm zijn. Kou is daarbij vervelend, maar smoren van de warmte ook. 

Kies daarom een outfit waarbij je zoveel mogelijk kanten op kunt gaan. Niet alleen door verschillende laagjes aan te trekken, maar ook door bijvoorbeeld te kiezen voor losse armstukken. Of een buff om je nek, die je omhoog en omlaag kunt trekken naar gelang je het warmer of kouder hebt.

Een dunne windstopper kun je bovendien gemakkelijk kwijt in je achterzakken. 

Trek niet te veel aan

Voelt het bij vertrek wat aan de frisse kant? Dan heb je waarschijnlijk precies genoeg kleren aan. Je warmt al fietsende snel op namelijk.

Wie het bij de start meteen comfortabel wil hebben, die trekt natuurlijk een extra jasje aan. Na een kwartier kun je die dan uittrekken, waarna je voor de rest van de rit een extra laag achter de hand hebt. Handig voor als de temperatuur weer daalt, of voor als je een koffiestop maakt.

Let vooral op de gevoelstemperatuur

Natuurlijk is de temperatuur een belangrijk richtpunt om te bepalen wat je aan moet trekken. Maar een koude wind of warme zon kan er soms voor zorgen dat het veel warmer of kouder voelt, dan de thermometer aangeeft. 

De gevoelstemperatuur houdt veel beter rekening met de zogenaamde wind- en waterkou, en is daardoor een veel betere graadmeter om je kledingkeuze op te baseren. De actuele gevoelstemperatuur check je onder andere hier.

Hou rekening met de intensiteit en waar je fietst

Behalve de weersomstandigheden, zijn ook je eigen plannen op de fiets doorslaggevend voor je kledingkeuze. In het bos zul je vaak minder kleren nodig hebben dan op de weg, door het ontbreken van wind en omdat je vaak harder moet werken.

Ook de intensiteit van je training bepaalt hoeveel kleding je aan moet trekken. Van een rustige duurrit zul je het niet snel te warm krijgen, terwijl je tijdens een pittige intervaltraining vaak met een laagje minder kan. Toch zul je ook voor een intensieve training graag een extra laagje meenemen, die je aan kan trekken bij het in- of uitrijden.

Hoe meer je fietst, des te gemakkelijker zal het zijn om de juiste kledingkeuze maken. Fiets je nog niet zo lang, dan kan het handig zijn om een tijdje bij te houden wat je droeg tijdens ieder ritje. Waarbij je ook noteert wat de weersomstandigheden waren en of je het warm genoeg had. Bij twijfel hoef je dan alleen maar terug te kijken naar je aantekeningen.