Zit jij ’s winters vaak op je fietstrainer om je conditie op peil te houden? Dan ben je nog beter bezig dan je dacht, en wel om één simpele reden.
Even plezierig als een ritje in de buitenlucht is het voor de meeste wielrenners niet. Maar binnen trainen is in de winter wel een heel praktisch alternatief als je geen zin hebt in fietsen in het donker, of in de kou.
Goed dus dat er fietstrainers zijn. Zo houd je eenvoudig je conditie op peil waar je de hele zomer aan hebt gewerkt. Zelfs wanneer je trainingen binnen wat korter zijn dan op de weg. Niet stilvallen is het allerbelangrijkste, en je fietstrainer kan daar ontzettend bij helpen.
Fiets jij ook regelmatig binnen, om de winter te overbruggen? Dan ben je zelfs nog beter bezig dan je dacht. Trainen op je fietstrainer is namelijk bijzonder efficiënt, in vergelijking met trainen op de weg.
Dat komt vooral omdat je op een trainer constant aan het trappen bent. Dit in tegenstelling tot een rondje op de weg, waar je op heel veel momenten even je benen stilhoudt. Heuvel af bijvoorbeeld, bij een kruispunt of rotonde, omdat je een bocht doorgaat, of omdat iemand voor je even inhoudt.
Hierdoor is het niet onwaarschijnlijk dat je na een uur trainen op een fietstrainer al een even grote inspanning hebt geleverd als in anderhalf uur op de weg. Dit principe gaat vooral op wanneer je doorgaans veel door stedelijk gebied fietst, of over heuvelachtig terrein.
Tank-regel
Iemand die dit vele jaren terug eigenhandig ontdekte tijdens zijn trainingen, is de voormalige prof Bram Tankink. Niet zo gek dus dat veel wielrenners het principe al snel de ‘Tank-regel’ gingen noemen.
Binnen trainen was al heel efficiënt omdat je geen route hoeft te plannen, en achteraf geen fiets hoeft te poetsen, maar om deze reden ben je nog een stuk efficiënter bezig dan je al dacht… Een motiverende gedachte! Vooral zo doorgaan dus, als je vaak binnen traint.
Foto: Flo Dahm (Pexels)