Blijf je in de winter buiten fietsen, dan draait het bij alles wat je doet nog meer om de details. Wat je wel en niet aantrekt bijvoorbeeld, maar ook hoe je omgaat met je fiets. Geen reden uiteraard om dan maar binnen te bijven. Maar de volgende vier valkuilen zul je wel graag willen vermijden.
Valkuil 1: geen rekening houden met een onverwachte stop
Maak je in het najaar of de winter een rondje, dan wil je natuurlijk geen kou lijden. Maar je zult er terecht ook voor waken dat je teveel kleren aantrekt, want ook dat is allesbehalve comfortabel.
Doe je het goed, dan heb je dus precies voldoende kleren aan om in beweging warm te blijven. Toch kan het voorkomen dat je een keertje pech hebt, of om een andere reden noodgedwongen moet afstappen, met het gevolg dat je snel afkoelt.
Altijd een extra (regen)jasje meenemen in je achterzak is daarom een must. Door zijn compacte formaat merk je eigenlijk niet dat je hem mee hebt, maar zo heb je wel altijd een extra wapen tegen de kou als het onverwachts even nodig is.
Valkuil 2: fietsen met een regenjack in droog weer
Een regenjasje aantrekken wanneer je vertrekt, kan je soms een warme start geven tijdens de eerste paar kilometers. Maar is het verder droog, dan is het een slecht idee om in dat jasje te blijven fietsen.
De kans is groot namelijk dat je overmatig zult gaan zweten. Wat je extra energie kost, en ook nog eens erg oncomfortabel is.
In plaats van een regenjas, kun je bij droog weer beter kiezen voor een goed ademend jack, of voor een bodywarmer.
Natuurlijk is een regenjasje meenemen voor onverwachte momenten wel een goed idee. Wanneer je halverwege ineens vergaat van de kou bijvoorbeeld. Dan kan de isolatie van zo’n jasje juist voorkomen dat je nog verder onderkoeld raakt.
Tenslotte is er ook nog de mythe dat je sneller afvalt als je sport met regenkleding aan. En die gedachte is niet eens zo gek wanneer je achteraf op de weegschaal gaat staan. Maar helaas ben je in dat geval alleen maar extra vocht verloren. En dat vochtgebrek zul je toch weer moeten aanvullen.
Valkuil 3: bij koud weer gaan fietsen in een korte broek
Misschien ben je al van jongs af aan gewend om een korte broek te dragen tijdens het sporten, wat voor seizoen het ook is. Toch is het niet zo’n goed idee om te gaan fietsen in een korte broek, als de temperaturen dalen. Ook al schijnt de zon, en heb je het niet snel koud. Als wielrenner koel je namelijk extra snel af, door de rijwind.
Die kou kost je niet alleen heel veel energie, het is ook nog eens slecht voor je spieren en voor je knieën. Met een verhoogde kans op blessures als resultaat.
Het dragen van een lange broek is dus allesbehalve overdreven, wanneer de temperaturen gaan dalen. Vanaf zo’n vijftien graden is het eigenlijk al een aanrader om voor lang te gaan. En mocht het een twijfelgeval zijn, dan kun je ook nog kiezen voor kniestukken natuurlijk.
Valkuil 4: weinig omkijken naar je fiets
Een racefiets heeft in de winter vaak behoorlijk te lijden onder de weersomstandigheden. En dus heeft je fiets wat extra aandacht nodig, zelfs al is het ‘maar een winterfiets’.
Een smerige fiets is niet alleen slecht voor je moraal, de eerstvolgende keer dat je er weer opstapt, je kunt ook nog met onverwachte mankementen te maken krijgen onderweg. En daar zit je in de winter zeker niet op te wachten.
Na iedere rit je fiets nakijken en schoonmaken kan je dus een hoop ellende besparen. En het hoeft niet eens zo heel veel tijd te kosten, als je het meteen na het fietsen doet.
Wacht je er mee, dan is het vuil niet alleen opgedroogd, de kans is ook aanwezig dat je het simpelweg vergeet, of dat je überhaupt geen zin meer hebt.
Wanneer je er een routineklus van maakt, dan zul je merken dat het steeds wat sneller en gemakkelijker gaat.
Wat je in deze periode nog meer kunt doen qua onderhoud aan je fiets lees je in dit artikel.
En is je motivatie in de wintermaanden soms wat minder? Dan heb je wellicht ook iets aan deze tips.
Foto: Coen van den Broek
