Knipperend achterlicht maakt fietsers beter zichtbaar

Knipperend achterlicht maakt fietsers beter zichtbaar

Automobilisten schatten de afstand tot een fietser met een knipperend achterlicht beter in dan wanneer het licht continu brandt. Dat blijkt uit een nieuw onderzoek van de Engelse Brunel University.

Dat je als wielrenner in het donker niet zonder goede fietsverlichting kunt, spreekt voor zich. Maar ook overdag is het slim om met verlichting te fietsen, blijkt maar weer eens uit dit onderzoek. 

Zowel bij daglicht als in de schemer val je beter op met een achterlicht, constateerden de onderzoekers. En daarbij maakt het niet uit of je achterlicht constant brandt of knippert.

Waar een knipperend achterlicht volgens het onderzoek wel een verschil maakt, is dat automobilisten nog beter inschatten wat de afstand is tot een fietser. 

In alle gevallen hadden de deelnemers meer vertrouwen in hun schatting, als een fietser een achterlicht gebruikte. Of deze lamp nou knipperde of constant brandde.

Licht met sensor maakt geen verschil

Voor het maken van een goede inschatting van de afstand maakte het opvallend genoeg niet uit of de fiets voorzien was van een regelmatig knipperend achterlicht, of een reactief knipperend achterlicht. 

In het laatste geval heeft zo’n lamp een sensor die achteropkomende auto’s opmerkt, waarna het licht feller en sneller gaat knipperen. Aardig wat achterlichten maken tegenwoordig gebruik van deze technologie.

Ga je de weg op met een knipperend achterlicht, houd er dan wel rekening mee dat het in Nederland officieel nog steeds verboden is. En ook al is die kans waarschijnlijk klein, het kan je dus een boete opleveren. Op deze website van de overheid vind je alle regels over fietsverlichting.

Ervaren automobilisten

Het onderzoek werd uitgevoerd in een laboratorium, met 32 ervaren automobilisten. Die keken naar realistische filmbeelden vanuit een bestuurdersperspectief, bij daglicht en in het schemerdonker. 

In het eerste experiment werd gemeten hoe snel een fietser opvalt. In het tweede experiment moesten de deelnemers een inschatting maken van de afstand en aangeven hoe groot hun vertrouwen was in deze schatting.

De situaties die men testte waren: geen achterlicht, een continu brandend achterlicht, een regelmatig knipperend achterlicht en een reactief knipperend achterlicht.

Het volledige onderzoek, dat begin dit jaar werd gepubliceerd, vind je hier.

Foto: Clayton Malquist (Unsplash)