Zo ga je als wielrenner het beste om met honden

Zo ga je als wielrenner het beste om met honden

Als wielrenner zal het je regelmatig overkomen dat je plots het fietspad deelt met een hond. Vaak gaat dat gelukkig prima. Vooral als de hond is aangelijnd of goed is afgericht. Is dat niet het geval, dan zijn hier zeven tips om gevaarlijke situaties te voorkomen.

Waarschijnlijk ken je ook de nieuwsberichten waarbij het eventjes misging tussen een fietser en een hond. Met als resultaat een ruzie, een valpartij of zelfs een beet van een hond.

Gelukkig zijn het uitzonderingen, want vaak gaat het gewoon goed wanneer honden en wielrenners elkaar tegenkomen. 

Toch is het van belang om op je hoede te zijn als je onderweg een hond ziet. Honden kunnen nou eenmaal onvoorspelbaar reageren. Bijvoorbeeld door ineens de weg over te steken.

Waarom honden soms reageren op jou

Dat een hond ineens aanslaat als jij voorbij komt, is ook nog een mogelijkheid. Soms heeft dat te maken met het jachtinstinct van een hond. Maar een hond kan ook bang voor je zijn. Met een hoop geblaf als gevolg.

Soms willen honden ook gewoon spelen. En niks is dan leuker dan achter iemand aan te rennen. Helemaal wanneer die persoon vervolgens nog harder gaat fietsen!

Honden kunnen daarnaast ook nog aanslaan omdat ze aandacht willen van hun baas. Zelfs negatieve aandacht is daarbij soms beter dan geen aandacht.

Tips

Gelukkig kun je zelf een hoop doen om gevaarlijke situaties te voorkomen.

1. Laat op tijd horen dat je eraan komt

Laat weten dat je eraan komt op je racefiets, zodra je een hond met zijn baas ziet. Op die manier heeft de eigenaar meer tijd om de lijn in te korten, of de hond te roepen. 

2. Matig je tempo

Ook het matigen van je snelheid helpt om gevaarlijke situaties te voorkomen. Je hebt zelf daardoor meer controle over de situatie en je geeft de hondeneigenaar extra tijd om te anticiperen.

3. Blijf rustig

Probeer in alle gevallen rustig te blijven. Je hebt er namelijk niks aan als je boos wordt. Zelfs niet wanneer de baas van een hond onvoldoende rekening houdt met jou. Meteen is je eigen rit verpest namelijk, en je humeur naar de knoppen.

Blijf je rustig, dan houd je ook nog eens meer overzicht over de situatie.

4. Blijf op je hoede

Ook al lijkt er niks aan de hand, blijf toch in alle gevallen op je hoede als je een hond ziet. Honden zijn soms nou eenmaal onvoorspelbaar. Ben je met een groepje onderweg? Waarschuw dan ook je medefietsers dat er een hond in de buurt is.

5. Ga niet schreeuwen (en trappen) 

Springt een hond tegen je op, of blijft hij je achtervolgen? Begin dan niet te schreeuwen en schoppen. De kans is groot namelijk dat een hond alleen maar wilder wordt van jouw drukte, en je zwaaiende been.

6. Pas op met honden aan een rollijn

Ook wanneer een hond is aangelijnd, dan is het zaak om op je hoede te blijven. De lijn van een hond kan langer worden namelijk, als een hond er aan trekt. 

Vooral kleine honden hebben daarbij soms de neiging om wild alle kanten op te springen, omdat ze soms minder goed zijn afgericht.

7. Vermijd smalle paden op drukke momenten

Natuurlijk mag jij als wielrenner op ieder pad komen dat bestemd is voor fietsers. Toch is het soms slimmer en fijner om bepaalde drukke en smalle paden te vermijden. Vooral in de weekenden, als het mooi weer is. Niet alleen vanwege de honden die je er tegenkomt, maar ook vanwege de drukte in het algemeen.

Op rustige wegen buitenaf kom je zelden honden met hun baas tegen. En kom je ze tegen, dan heb je beiden veel meer ruimte. Wel zo relaxed.

Foto’s: Unsplash